Activiteiten

Gesprek voeren.

Voer samen met uw kind een gesprek dit kan over van alles gaan. Het is belangrijk dat u luisterd naar uw kind en dat u uw kind laat uitpraten. Reageer op wat uw kind net verteld heeft en laat het kind het gesprek voeren.


De wereld andersom.
Het is de bedoeling dat de uw kind het tegenovergestelde doet van wat de u doet. Gaat u staan, dan blijft uw zitten, gaat u lachen, dan gaan uw kind huilen etc.


Wat is er veranderd?
Zet uw kind voor u neer. Kijk heet goed naar uw kind. Dan doet u uw ogen dicht en laat uw kind iets veranderen aan zichzelf, bijv. een mouw omhoog, haarband verwisselen, broekspijp   oprollen etc. U mag weer kijken wat is er anders aan uw kind?


Wat zit er in de doos? (activiteit voor als u meer kinderen heeft).

Stop een voorwerp in een leuke doos. Geef de doos de kring rond. De kinderen mogen schudden, luisteren etc.Nu gaan de kinderen vragen stellen om erachter te komen wat er in de doos zit. De vragen beantwoord u met ja of nee. Eerst mogen er een hele ronde alleen vragen gesteld worden. Daarna mogen de kinderen gaan raden.      


Ik heb een euro in mijn hand (activiteit voor als u meer kinderen heeft)

Zet een kind midden in de kring.
Zing het liedje:

'K heb een   euro in mijn hand,
die gaat reizen door het land.
Is hij hier? Is hij   daar?
Als je 'm ziet dan zeg je 't maar.
Ondertussen gaat er een euro rond in de kring. Het kindje dat midden in de kring staat mag tijdens het liedje niet kijken. Het kindje moet raden bij wie de euro is. Het kindje mag drie keer raden. Dan is de volgende aan de beurt.


Tik, tik, wie ben ik? (activiteit voor als u meerdere kinderen heeft)
Eén kind doet de ogen dicht. Een ander kind tikt op de rug en zegt: "Tik, tik, wie ben ik?" Het kind moet raden wie het is. Goed geraden? nog een keer! Fout geraden? Het kind dat getikt heeft is aan de beurt.


Ik zie, ik zie wat jij niet ziet.

Kies iets wat in huis staat en zeg de kleur. Uw kind raad wat je in gedachten hebt, door te vragen "Is het......?"